Lee Konitz meer dan cooljazz alleen!

Woensdag 15 april 2020 overleed altsaxofonist Lee Konitz. De 92-jarige Amerikaanse muzikant overleed aan de gevolgen van een longontsteking in combinatie met het coronavirus.

Konitz was het langstlevende lid van het Miles Davis Nonet, waar hij op 21-jarige leeftijd als eerste blanke muzikant toetrad. Samen met pianist en arrangeur Gil Evans was hij betrokken bij de platensessies van Birth of the Cool en wordt gezien als één van de voornaamste bronnen van de cooljazz. Deze stijl werd gezien als reactie op de bebop. In die zelfde tijd werkt hij ook samen met pianist Lennie Tristano die als gevolg van de Spaanse Griep al op 10-jarige leeftijd volledig blind was. De stijl cooljazz is altijd aan Konitz blijven kleven ondanks dat hij zich begin jaren ’50 afstand nam van de stijl. De altsaxofonist had een compleet uniek geluid en in zijn improvisaties bleef melodie een voornaam deel.

Naast zijn muzikale loopbaan bleef hij lange tijd actief in het onderwijs. Hij nam meer dan vijftig albums op als bandleider en als sideman. Tot op hoge leeftijd bleef hij concerteren over de hele wereld. Hij werkte samen met Stan Kenton, Dave Brubeck, Charles Mingus, en Ornette Coleman. Zijn platen die hij opnam met Elvin Jones of met zijn latere trioleden Brad Mehldau en Charlie Haden waren absolute parels. Daarnaast hield hij ook tot op bijna het laatst belangstelling voor de muziek en wist hij jongere muzikanten te inspireren. Zijn lyrische toon werd met de jaren steeds fragieler, maar dat had zijn charme.

ONTMOETINGEN
Ik heb Lee Konitz op verschillende plaatsen diverse keren zien en horen spelen. Dat was letterlijk van Terneuzen op 3 maart 2003 tot in Tokio op 3 september 2017.

Ik had vanwege de aanwezigheid van het cijfer 3 graag geschreven dat ik hem drie keer heb ontmoet, maar dat is niet zo. Ik ontmoette hem twee keer.

Op 3 november 2007 speelde hij met de Duitse pianist Walter Lang in Middelburg. Voorafgaand aan het concert gingen we een hapje eten in het Middelburgse etablissement Desafinado. Daar bleken ook Konitz en Lang te zitten. Onze tafeltjes stonden zo dicht bij elkaar dat we onmogelijk niet met elkaar konden praten. Waar de gesprekken precies over gingen kan ik me niet herinneren. Maar we hadden een gezellige tijd daar.
Bijna tien jaar later was ik backstage op het Tokyo Jazz Festival onderweg naar de kleedkamer van drumster Senri Kawaguchi toen ik Lee Konitz alleen en enigszins verloren in de immense catacomben van het festivalgebouw aantrof. In het kader van de 100-jarige geschiedenis van de jazzplaat was hij uitgenodigd om zijn aandeel in dat tijdperk (de cooljazz) invulling te geven. Ons korte gesprek was hartelijk en hij leek oprecht blij dat iemand hem hier herkende en even gezelschap bood. Zijn optreden een dik uur later met The Danish Radio Big Band begon aarzelend en een beetje onzeker. Ze speelden Boplicity. Lee Konitz liet zich niet kennen!

We zullen hem missen en de mooie dingen herinneren!