Drummer Tom van Steenderen was best wel in voor nieuwe klanken
Hans Zirkzee interviewt
Hans Zirkzee interviewt
Auteur van het boek Jazz in Rotterdam, Hans Zirkzee interviewde talloze jazzmuzikanten die een band met Rotterdam hebben of hadden. Muzikanten die veel reizen en mensen ontmoeten hebben vaak mooie en interessante verhalen te vertellen.
Het interview met jazzslagwerker Tom van Steenderen werd eerder gepubliceerd
in Jazz in Rotterdam.
Tom van Steenderen
(Rotterdam, 11 augustus 1941 - 18 april 2014)
"OP DE KEUKENTAFEL BEGONNEN MET TWEE POLLEPELS EN BRUSHES OP EEN KRANT"
‘Mijn ouders waren jazzliefhebbers. Op mijn twaalfde al mocht ik met een neefje naar een middagconcert van de Dutch Swing College Band in Scheveningen. Maar ik heb op jonge leeftijd al concerten bijgewoond van Lionel Hampton en het orkest van Count Basie. Oude stijl jazz vond ik een hele tijd leuk, tot ik op de radio Clifford Brown hoorde. Toen zei ik tegen mijzelf: ‘dit is mijn muziek.’ Ik heb drummen zelf geleerd. Nooit les gehad. Op de keukentafel begonnen met twee pollepels en brushes op een krant. Veel de kunst afgekeken van andere drummers. Mijn grote voorbeeld was Cees See, maar ook Aad Groeneboom en Cees Carpentier. De eerste concerten in Rotterdam die ik zag waren in Alhena. Later kwam ik veel in B14 aan de Laurensplaats.
JAZZDIENSTEN IN DE PAULUSKERK
De eerste keer dat ik met mijn drumstel buiten de deur kwam, viel ik in voor Ab de Molenaar junior in een jazzclub in de Anna Palownastraat een zijstraat van de West Kruiskade. Ik bezocht ook de jazzdiensten van dominee Julius, eerst in de Schouwburg en later in de Pauluskerk. Ik ben in dat orkest gaan spelen. Om de twee maanden twee kerkdiensten voor elfhonderd bezoekers. In De Doelen werd een eenmalig kerkdienst gehouden voor een bomvolle zaal en er stonden nog duizend mensen buiten! Ik speelde op het openingsconcert van sociëteit Areopagus. Die was gevestigd in de kelder van de Pauluskerk. Daar ontmoette ik de Groningse pianist Frans Wieringa. Hij was zakelijk gebrouilleerd geraakt met zijn vader en hij ging in Rotterdam werken en wonen. Hij zocht een bassist en drummer. Dat is de bassist waar ik nog steeds mee speel: Gerard Holdtgrefe.
LOOSDRECHT
Zo is in 1961 het trio Frans Wieringa ontstaan. We hebben dat jaar op het Loosdrecht jazzfestival gespeeld. Het jaar dat Louis van Dijk won. Wij werden zevende. Het jaar daarna won gitarist Hans van Leeuwen met zijn trio en werden wij tweede. In sociëteit Areopagus waren er gastoptredens van onder anderen de Duitser Imfred Hoffman, een geweldige vibrafonist, die op zijn vrije avond van zijn orkest in de dancing Bristol, kwam spelen. Ook hebben wij daar met de Joegoslavische zangeres Ljiljana Petrovic gespeeld. Zelfs Michiel de Ruyter kwam naar die concerten toe. We speelden er twee keer per week. Gewoon voor de lol. Daarnaast speelden we in B14 en jazzclub De Lantaren. Daar ontmoette je andere muzikanten zoals de pianisten Dick Vink en Herman Bakker met hun trio’s. Er waren in de jaren vijftig en zestig veel jonge mensen die jazz gingen spelen. Zo woonden in de straten rond het Henegouwerplein een groep mensen die allemaal muziek speelden: Kees Groen (klarinet), Wim Verschoor (altsax), Rob van de Water (trompet), Wim Leroux, de bassist en drummer Cees Carpentier. Op het Henegouwerplein zaten twee hotels. Het ene was van de familie Leroux, het andere van de familie Carpentier. De anderen die we ontmoetten was Jan Rath, een geweldige pianist. Zelf kende ik ook Gijs Went, die had les van Ruud Kuyper, en Peter Snoei.
BEBOP EN SWING
Met freejazz had ik niet zo veel. Ik ben altijd voor de bebop en swing gebleven. Ik ben best wel in voor nieuwe klanken, maar dan moet het wel in het bestaande jasje zijn. Eric Dolphy heeft van die platen gemaakt waar ze redelijk normaal speelden en hij hele artistieke solo’s hield, maar als ze met zijn allen losgaan, dat heb ik nooit zo kunnen waarderen. Cees de Visser en Kees en Koos Kooy die deden er wel wat mee. Met ons trio speelde ik vooral op bruiloften en partijen. Veel later speelden we in café De Ridder met het West-End Trio met Gerard Holdtgrefe op bas en Sieger Greveling, die heeft zichzelf pianospelen geleerd. We hadden soms ook een oude stijl bezetting met Marius van Ee op trompet en Peter Versnel op trombone en onze pianist Sieger Greveling op klarinet. Dixieland speel ik niet graag. Er zijn wel orkesten die goed swingend spelen, maar vaak vind ik het ‘veredelde carnavalsmuziek’.
BEN WEBSTER
Met Frans Wieringa heb ik nog een elpee gemaakt: Jazz from Holland in november 1968 en op 12 januari 1969, dat weet ik nog precies want in die week ben ik getrouwd, hebben we een plaat opgenomen met saxofonist Ben Webster: Ben Webster at Ease. Die werd overal gedraaid op de radio. We kregen veel kritiek, want er bleek een staking te zijn van de musici tegen de platenmaatschappijen.*)
Die hadden de pest in. De opnames zijn later op een Blue Note dubbel-cd gezet met een aantal andere Nederlandse combo’s die Ben Webster begeleidden: The Holland Sessions. Wij werden afgezeken als stakingsbrekers en Jeroen de Valk kraakte ons af in zijn boek over Ben Webster, maar hij heeft ons nooit ontmoet. Wij zijn bij Ben Webster, die woonde op kamers bij mevrouw Harddraver in Amsterdam, geweest om voor te spelen. Ben Webster zei: ‘you can’t better play as you can play.’ We vroegen: ‘wat wilt u drinken?’ Hij zei: ‘neem maar een paar biertjes mee, want ik wil jullie plaat niet verpesten.’ Het was een hartstikke eer om als amateur met hem te spelen, maar we hebben er nooit een cent voor gehad.’
* Vanaf 11 november 1968 staakten veel studiomusici. De vakbonden eisten een betere honorering van de plaatopnames en een vergoeding voor de muziek die op de televisie werd gebruikt voor playback registraties. De staking eindigde op 15 februari 1969. Het tarief voor plaatopnames werd met dertig procent verhoogd en de studiomusici kregen een vergoeding van vijftig procent van het opnametarief voor de muziek van televisie-uitzendingen met playback optredens.
Hans Zirkzee
Hans Zirkzee
‘mister’ jazz in Rotterdam,
muziekdocent,
saxofonist,
concertorganisator,
schrijver, jazz-historicus,
auteur van Jazz in Rotterdam
(de geschiedenis van een grotestadscultuur),
winnaar Dutilh-Prijs 2016