Wim Koopmans, de crooner uit Crooswijk

BIOGRAFIE

WIM KOOPMANS

door Hans Zirkzee

Auteur van het boek Jazz in Rotterdam, Hans Zirkzee interviewde en schreef over talloze jazzmuzikanten die een band met Rotterdam hebben of hadden. Musici die veel reizen en mensen ontmoeten hebben vaak mooie en interessante verhalen te vertellen. 
Deze biografie werd deels gepubliceerd in Jazz in Rotterdam en werd aangevuld met later beschikbaar gekomen informatie.

Willem Simon ‘Wim’ Koopmans

(Rotterdam, 26 juni 1941 - Rotterdam, 7 maart 2012)

“DE KROON OP ZIJN WERK WAS HET OPTREDEN IN DE SHOW VAN ZIJN IDOOL TONY BENNETT……”

Willem Simon ‘Wim’ Koopmans (Rotterdam, 26 juni 1941 – Rotterdam, 7 maart 2012)

Van zijn vader Piet Koopmans leerde Wim al jong piano en (knoppen)accordeon spelen. Op tienjarige leeftijd vervolgde hij zijn lessen bij Progressio, een van de meest respectabele accordeonverenigingen in Rotterdam. Dertig jaar lang maakte Wims vader deel uit van het legendarische accordeontrio The Three Jacksons, die zich hadden vernoemd naar de populaire Amerikaanse wereldkampioen boksen Jack Johnson. Het trio met Piet van Gorp en Harry van der Velde verkocht vanaf de oprichting in 1940 wereldwijd miljoenen platen. Piet Koopmans nam de improvisaties voor zijn rekening, Van der Velde de ritmische akkoorden en Van Gorp de melodie. De Jacksons waren in hun tijd een van de grootste acts in de geschiedenis van het Nederlandse amusement.

DE EDISON BAR
De muzikaal getalenteerde Wim Koopmans volgde contrabaslessen bij Paul Bronkhorst van het Rotterdams Philharmonisch Orkest en hij ontwikkelde zich tot een veelgevraagd multi-instrumentalist. Rond 1968 vertoefde Wim regelmatig in Amsterdam om bij Willy Alberti’s platenzaak op het Osdorpplein platen te kopen van Amerikaanse (jazz)artiesten, zoals Tony Bennett en Frank Sinatra. Willy Alberti woonde aan de Colenbranderhof in Slotervaart met een dubbele garage, die Freddie Heineken liet verbouwen en inrichten tot privé kroeg ‘de Edison Bar’. Willy Alberti zong daar regelmatig nummers van Bennett en Sinatra. Wim Koopmans jamde er met onder andere Eddy Christiani en Tonny Eyk.

CROONER UIT CROOSWIJK
Voordat hij bekend werd als ‘de crooner uit Crooswijk’ trad Wim op met een allround trio dat zijn naam droeg. Het combo met bassist Gerard Kiem en slagwerker Ruud Grem als sidemen breidde hij in 1972 uit tot een groter orkest, The New Formation. Het sierde hem dat hij de talentvolle en de toen zeventien jaar oude percussioniste Joke Hamminga een plek gaf in zijn band.
In 1975 maakte Koopmans onder de naam Bill Jackson een instrumentale langspeelplaat met accordeonvertolkingen van de hits uit dat jaar. Een wellicht onbedoelde hommage aan zijn accordeonverleden.

In het begin van de jaren tachtig werd hij door Pim Jacobs als zanger ‘ontdekt’ tijdens zijn engagement in de Sherry Bodega aan de Karel Doormanstraat.

Koopmans, Wim-fotokaart
Wim Koopmans

Rita Reys bracht Koopmans de finesses van de jazzzang bij. Koopmans begon hartstochtelijk maar vrij laat aan een zangcarrière. De bassist Ruud Jacobs produceerde in 1981 Wims eerste vocale elpee When Dreams come True.

TV-DEBUUT
Koopmans
maakte in hetzelfde jaar zijn televisiedebuut in de show van Mies Bouwman, een van de best bekeken televisieprogramma’s in die tijd. Zijn stemgeluid werd vergeleken met die van Tony Bennett, maar Wim had een geheel eigen klankkleur, timing, swing en dynamiek. Desondanks ontbrak het hem aan zelfvertrouwen. De bescheiden en timide Crooswijker zei ooit: ‘Als de metro arriveert, laat ik eerst iedereen uitstappen, dan iedereen instappen en als laatste kom ik dan binnen’. Koopmans verbeterde zijn bühnepresentatie en zijn uitspraak van de Engelse taal met hulp van de in Rotterdam wonende Amerikaanse jazzmusicus James Long en groeide uit tot een volwaardig performer.

NORTH SEA JAZZ
Wim Koopmans
zong bij The Skymasters, het Metropole Orkest, The Dutch Jazz Orchestra, de BRT Bigband en de WDR Big Band. Hij schnabbelde met het combo van de trompettist Koos van der Sluis in de Rotterdamse kroegen, zoals Dirty Dick, de New Orleans Jazz Club en Melief Bender op de Oude Binnenweg, maar hij gaf ook uitverkochte galavoorstellingen met een groot orkest in het oude Luxor, Ahoy, De Doelen, het Amsterdams Concertgebouw en het North Sea Jazzfestival in Den Haag. Koopmans’ muzikale loopbaan werd meer en meer gepromoot door Rotterdamse zakenlui. Met name Dick Rutteman, Willem van ’t Wout, Aad Veerman en Leo Westermeijer steunden hem in zijn ontwikkeling als vertolker van het American Songbook.

TONY BENNETT
Westermeijer
organiseerde voor hem een kleine reeks concerten in de Verenigde Staten met de bigband van de zangeres Peggy Lee. Koopmans gaf concerten in Minneapolis, Chicago, Cincinnati, Pennsylvania, Seattle, St. Louis en Kansas City. De kroon op zijn werk was het optreden in de show van zijn idool Tony Bennett, maar tot een grote doorbraak in de V.S. kwam het niet. Wim zat alweer in het vliegtuig naar Nederland, toen de vervolgcontracten hem bereikten. Het was hem niet ontgaan dat jazzmusici in de V.S. beduidend minder verdienen dan in Europa. Een nieuwe concertreeks zou meer kosten dan dat het kon opbrengen. Leo Westermeijer financierde als vervolg op Koopmans’ Amerikaanse tournee in 1991 de opnames van de cd Not Alone met als gastsolist de wereldvermaarde Cubaanse trompettist Arturo Sandoval. Koopmans had ooit twee bescheiden hits met de nummers Joanna en L.O.V.E.

TWAALF ELPEES
Zijn platencarrière verliep met horten en stoten. Het tweede album Close Enough verkocht in 1982 veel minder dan verwacht. De latere albums I’ll go Where the Music takes Me (1983), I Wish you Love (1987) en I am a Singer (1994) waren ook geen millionsellers, maar vonden wel hun weg naar een geleidelijk groeiend publiek. De door fans en in beperkte oplage uitgebrachte verzamel-cd The Best of Wim Koopmans (2006) is inderdaad zijn beste cd. Wim Koopmans heeft twaalf elpees gemaakt, maar niet alle zijn daadwerkelijk in Nederland op de markt gekomen. De masters van enkele elpees zijn verdwenen. When Dreams Come True en Close Enough zijn grotendeels in Londen opgenomen. Wim Koopmans zong uitsluitend in de Engelse taal, maar Radio Rijnmond heeft hem één keer weten te strikken voor een Nederlandse opname.

LEE TOWERS
Nooit is Koopmans uit de schaduw getreden van zijn stadgenoot Lee Towers. De beide Swingers werden ‘doodziek’ van de ‘eeuwige’ vergelijking tussen hen. Men vroeg zich af of er in het kleine Nederland wel plaats was voor twee zangers in hetzelfde genre. Koopmans en Towers zagen zich niet als rivalen van elkaar. Regelmatig traden zij samen op in het Nederlandse clubcircuit. Kenners dichtten Wim Koopmans grotere muzikale kwaliteiten toe, maar Lee Towers wist zich beter te verkopen. Koopmans en Towers waren bevriend sinds de periode dat zij boksten bij de school van Theo Huizenaar. Wim trainde er 25 jaar, soms met zijn achterneef, de Europees kampioen in het halfzwaargewicht Rudy Koopmans.

BIRD
Eind januari 1996 startte Koopmans aan de Zalmhaven de easy listening club Kings & Queens, die hij in 1998 met hulp van Willem van ’t Wout voortzette aan de Boompjes onder de naam Jazzclub Bird. Wim Koopmans was echter, in tegenstelling tot zijn vader die jarenlang een kroeg aan het Noordplein runde, niet echt een horecaman. Hij stond vaker vóór de bar dan erachter. Regelmatig kwam het publiek tevergeefs naar zijn exclusieve optredens of hij weigerde verzoeknummers te zingen die hem niet bevielen. Koopmans miste het zakelijk inzicht voor een goedlopende kroeg. Bird werd in 2003 verkocht aan Aad Veerman. Een hersenbloeding trof Wim Koopmans in september 2007. In 2011 werd bij hem blaaskanker geconstateerd, een ziekte waaraan hij een jaar later op 70-jarige leeftijd overleed.

BRONNEN
Wikipedia

Archief Roland Vonk
Jazz in Rotterdam, de geschiedenis van een grote stadscultuur (2015) door Hans Zirkzee

Hans Zirkzee
Hans Zirkzee

Hans Zirkzee
‘mister’ jazz in Rotterdam,
muziekdocent,
saxofonist,
concertorganisator,
schrijver, jazz-historicus,
auteur van Jazz in Rotterdam
(de geschiedenis van een grotestadscultuur),
winnaar Dutilh-Prijs 2016

OVER R†JAM
Stichting Rotterdam Jazz Artists Memorial