Louis Bannet, de trompettist van Birkenau speelde voor zijn leven
BIOGRAFIE
door Hans Zirkzee
Auteur van het boek Jazz in Rotterdam, Hans Zirkzee interviewde en schreef over talloze jazzmuzikanten die een band met Rotterdam hebben of hadden. Musici die veel reizen en mensen ontmoeten hebben vaak mooie en interessante verhalen te vertellen.
Deze biografie werd deels gepubliceerd in Jazz in Rotterdam en werd aangevuld met later beschikbaar gekomen informatie.
Levie ‘Louis’ Bannet
(Rotterdam, 15 augustus 1911 - Montreal, 2002)
"MIJN MOEDER KOOKTE ZO SLECHT DAT DE VLIEGEN BIJ ONS THUIS KWAMEN OM ZELFMOORD TE PLEGEN!"
Levie ‘Louis’ Bannet (Rotterdam, 15 augustus 1911 – Montreal, 2002), die na het overlijden van Louis de Vries in 1935 zich de rol van beste trompettist van Nederland had aangemeten, werd geboren in de Zomerhofstraat. Zijn familie kwam oorspronkelijk uit de fameuze Zandstraatbuurt, het Joodse stadskwartier waar veel Rotterdamse artiesten, zoals Leo Fuld, Maupie Staal, Heintje en Louis Davids woonden. Het gezin dat twaalf kinderen telde, kende bittere armoede.
Louis:
‘mijn moeder kookte zo slecht dat de vliegen bij ons thuis kwamen om zelfmoord te plegen! Op mijn zevende jaar kreeg ik voor Sinterklaas een prachtig speelgoedviooltje. Na veel zeuren kochten mijn ouders een echte ¾ viool. Een dure investering. Op een gegeven moment was er voor vioolles geen geld meer. Een charitatieve stichting ten bate van talentvolle kinderen betaalde mijn muzieklessen. Ik moest keihard studeren.’
Louis kreeg de conservatoriumdocent Leon Bloorman, die hem toevalligerwijs had horen spelen, als voogd toegewezen. Met klasgenoten begon hij een orkestje dat op straat en op bar mitswa’s speelde. Bannet’s talent bleef niet onopgemerkt. Op 12- jarige leeftijd speelde hij voor Koningin Wilhelmina die de muziekschool aan de Westersingel bezocht. Zijn eerste baantje was stomme films begeleiden bij de Westerbioscoop. Nadat hij Louis Armstrong’s Hot Five had gehoord, stapte hij over van viool naar trompet (een saxofoon was te duur) en met de financiële steun van een oom nam hij jarenlang lessen bij Arend de Vries, de vader van de beroemde koperblazers Jack, Louis, Clara en Iszaak. Bannet kreeg in 1933 een aanstelling bij de The Swantockers, de band van saxofonist van Anton Swaan. In januari 1934 vroeg Jack de Vries hem als tweede trompettist in zijn band.
Foto: Louis Bannets’ Rhythm Five
In hetzelfde jaar richtte hij zijn eigen Louis Bannets’ Rhythm Five op met slagwerker Maurice van Kleef*, Dick van Heuvel (sax, vibrafoon), Lex van Weren (de Amsterdamse trompettist van Auschwitz, tevens piano) en Jack de Vries (bas en sax). In augustus 1935 stelde hij een groter ensemble samen onder de naam Louis Bannet and his Adventures. Zij speelden authentieke Amerikaanse arrangementen. Bij Bannet moest je alles à vue kunnen lezen.
Foto Louis Bannet and his Adventures (NJA)
AUSCHWITZ
Louis maakte zich aanvankelijk nog weinig zorgen over de opkomst van de Nazi’s. Per slot van rekening bleef het tolerante Nederland tijdens de Eerste Wereldoorlog ook neutraal. Na de Duitse inval dook Bannet onder. In een theeroom in Drimmelen herkenden twee Nederlandse Gestapo-informanten de populaire trompettist en ondanks zijn vervalste papieren werd hij afgevoerd naar het politiebureau aan het Haagse Veer. Na een scherp verhoor door de Gestapo op de Heemraadsingel stuurden zij hem naar het doorgangskamp Westerbork. Op 22 januari 1943 werd hij op transport gesteld naar Auschwitz. Auschwitz was een concentratiekampcomplex dat tijdens de Tweede Wereldoorlog door nazi-Duitsland rondom de Poolse stad Oświęcim in het geannexeerde deel van Polen werd opgezet. Auschwitz was het grootste van alle Duitse concentratiekampen en het bestond aan het einde van de oorlog uit Auschwitz I (het basiskamp ten zuidwesten van de stad), Auschwitz II-Birkenau (het vernietigingskamp ten westen van de stad) en Auschwitz III-Monowitz (een werkkamp ten oosten van de stad bij de IG Farben-fabriek) en tevens tientallen subkampen met de totale omvang van een middelgrote stad. Er was zelfs een bordeel.
Foto Auschwitzorkest
SPELEN VOOR DE ENGEL DES DOODS
In de optiek van de Duitsers bracht muziek orde in het kamp. Daarvoor zorgden maar liefst zestien kamporkesten. Het afmarcheren van de gevangen verliep sneller op de tonen van de Alte Kameraden Marsch. Bij de aankomst van een trein klonken Weense walsen, om de slachtoffers het idee te geven dat het allemaal wel meeviel in het KZ lager. Bij elke gelegenheid was er muziek. Ook tijdens de dagelijkse executies. Bij zijn aankomst in Birkenau drukte Hein Frank, een Nederlandse jazzfan die Louis het kampnummer 93626 op zijn arm tatoeërde, hem op het hart te auditeren bij de Oekraïner Frans Kopka, de leider van één van de kamporkesten. Bannet moest spelen voor zijn leven. Met half bevroren lippen blies hij de St. Louis Blues in de alles-of-niets-versie. Hij werd aangenomen. De afgewezen kandidaten kregen ter plekke de kogel. Na twee jaar nam Bannet de leiding van de overleden Frans Kopka over. De Duitse trompet was zijn levensverzekering. De nieuwe kapelmeester had ook een klein jazzensemble samengesteld, dat speelde voor een select clubje liefhebbers. Bannet vertelde later dat hij op een nacht in Block 5, dat onderdak gaf aan de kampmusici, werd gewekt door een SS’er. Bannet moest meekomen. Hij dacht dat zijn laatste uur had geslagen.
Met twee andere musici werd hij naar een groot landhuis gebracht. Er was een feest georganiseerd voor Josef Mengele.
De band stond verdekt opgesteld achter planten. Onzichtbaar voor het publiek. ‘De engel des doods’, berucht van zijn medische experimenten, moest jazz horen en vooral The Tiger Rag en Ain’t Misbehavin. Toen in het voorjaar van 1944 het Russische leger Auschwitz naderde, besloten de nazi’s het kamp te ontruimen. Te voet belandde Bannet via Oranienburg (waar Maurice van Kleef en Johnny en Jones in het kamporkest speelden) en Sachsenhausen in de complete chaos van het overbevolkte werkkamp Buchenwald.
De uitgeputte Bannet werd vervolgens per trein naar Tsjechië gestuurd. Daar ontwaakte hij in een Praags hospitaal uit een coma. De oorlog was voor hem voorbij.
Foto Louis Bannet 1939
CANADA
Eind 1945 begonnen Jack de Vries, Maurice van Kleef en Louis Bannet een nieuwe Rhythm Five, maar Jack en Maurice gingen kort daarna het vak uit. Zij hadden beiden vrouw en kinderen in de kampen verloren en muziek bood hen geen vreugde meer. Met de pianist Dick Willebrandts vormde Bannet in de jaren 1946 en 1947 een duo. In 1953 nam hij als muzikant dienst in het Canadese leger. Hij trouwde met Floor Saraty, die evenals Louis haar familie tijdens de Holocaust had verloren, en hij emigreerde naar Canada. Na de Hongaarse opstand in 1956 voelde hij zich niet langer veilig in Europa. In Canada beleefde hij zijn grootste successen. Hij nam zeventien elpees op, variërend van semiklassieke muziek tot sentimentele kerstnummers. Vanaf 1962 was hij vier jaar lang de gastheer van zijn eigen televisieshow Mon coeur est un violon. Bannet werd, naar eigen zeggen, rijk in Canada. In 1992 liet Louis zijn getatoeëerde kampnummer door een plastisch chirurg verwijderen. Na de operatie barstten beiden in tranen uit.
BRONNEN
Brief Louis Bannet 29 november 1993.
Gezinskaarten familie Bannet, Stadsarchief
Jazz in Rotterdam, de geschiedenis van een grote stadscultuur (2015) door Hans Zirkzee
Jazz Survivor: The Story of Louis Bannet, Horn Player of Auschwitz (2005) – Ken Shuldman
Joods erfgoed Rotterdam
Louis Bannet virtuoos van Birkenau – Krystyna Henke
Museum of Jewish Heritage
Rotterdams Nieuwsblad 17 september 1977
The Holocaust lest we forget, Louis Bannet
Website holocaustmusic.ort.org
Hans Zirkzee
Hans Zirkzee
‘mister’ jazz in Rotterdam,
muziekdocent,
saxofonist,
concertorganisator,
schrijver, jazz-historicus,
auteur van Jazz in Rotterdam
(de geschiedenis van een grotestadscultuur),
winnaar Dutilh-Prijs 2016
* Podcastmaker Chris Bajema produceerde een huiveringwekkend item over Maurice van Kleef. Aflevering 10 van Man met de microfoon is inderdaad on-voor-stel-baar.
PODCAST
Aflevering 10. Onvoorstelbaar
Man met de microfoon
Feb 15, 2017
De tiende aflevering staat geheel in het teken van een bijzondere zoektocht. Jaren geleden werkte Marijtje in een muziekwinkel waar ze gebeld werd door een oudere vrouw. Die vertelde dat er een straatnaam naar haar overleden man was vernoemd. Haar man bleek, zonder dat zij het ooit geweten had, voor de oorlog een bekende jazzdrummer te zijn geweest. Chris zoekt het verhaal achter dit telefoontje uit en ontdekt gaandeweg een ander, nog veel onwaarschijnlijker, verhaal.
OVER R†JAM
Stichting Rotterdam Jazz Artists Memorial