Violist en trompettist Louis Fall jr. verdween in het niets
BIOGRAFIE
door Hans Zirkzee
Auteur van het boek Jazz in Rotterdam, Hans Zirkzee interviewde en schreef over talloze jazzmuzikanten die een band met Rotterdam hebben of hadden. Musici die veel reizen en mensen ontmoeten hebben vaak mooie en interessante verhalen te vertellen.
Deze biografie werd deels gepubliceerd in Jazz in Rotterdam en werd aangevuld met later beschikbaar gekomen informatie.
Louis Fall junior
(Rotterdam, 16 december 1921 - Marseille, rond 1970?)
"In Frankrijk speelt hij in 1954 nog een rolletje als violist in de film La Rafle est pour ce soir. Daarna zwerft hij als reizend musicus door Europa. Zijn laatst bekende adres was de gevangenis in de Rue de la République, Nanterre."
Hot-violist en trompettist Louis Fall junior was de zoon van de allereerste Afrikaanse wereldkampioen boksen, Battling Siki.
Battling Siki schilderij Isaac Israëls
Battling Siki werd op 16 september 1897 in Saint-Louis (Senegal) geboren als Amadou M’Barick Fall. Zijn fysieke kwaliteiten waren naar eigen zeggen al op jonge leeftijd opgemerkt door de Duitse balletdanseres mevrouw Fauquenberg, die M´Barick Fall als een soort menselijke trofee ontvoerde uit Senegal. Omdat de benodigde papieren voor een verblijfsvergunning in Duitsland ontbraken, strandde hij in Marseille. Zijn beschermvrouw betaalde een hoteleigenaar 6000 francs voor zijn opvoeding, maar Siki ging zwerven. Naar Nice en Toulouse. Wanneer hij zich gediscrimineerd voelde, sloeg hij er op los. De jonge Amadou hield zich boksend staande. In Toulouse bokste hij zijn eerste betaalde partij. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog nam hij op 15-jarige leeftijd dienst in het Franse leger en verwierf zich het Oorlogskruis. Zijn leven en zelfs zijn dood zijn door talrijke mysteries omgeven.
Advertentie Mionnet, Kruiskade
BOKSTALENT
De Franse boksscheidsrechter en -leraar Henri Mionnet, alias professor Mionnet, opende in 1910 aan de Kruiskade 41 een inrichting voor Culture Physique en boksen. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog in augustus 1914 nam Henri Mionnet dienst in het Franse leger. Hij werd aangesteld als sportinstructeur en daar ontdekte hij het talent van Battling Siki. Na de demobilisatie keerde Mionnet terug naar Rotterdam en hij organiseerde op 3 mei 1920 in de Circus Schouwburg (het Amerikaansch Paviljoen) een wedstrijd tussen Battling Siki en de Rotterdamse kampioen Willem Westbroek. De partij werd overtuigend op k.o. gewonnen door de Senegalees. Battling Siki bokste meerdere wedstrijden in Rotterdam.
.
Siki
TRIJNTJE
Volgens zeggen, logeerde hij in het pension Chava in de Van Oldenbarneveltstraat en hij ontmoette daar Trijntje Appelterre (Lage Zwaluwe, 6 juni 1902 – Hoogeveen, 18 november 1983). Haar ouders runden het pension. In 1921 trouwden Trijntje en Siki. Het stadsarchief Rotterdam betwist de aanwezigheid van een officiële huwelijksacte. Trijntje Appelterre was geëmancipeerd, avontuurlijk en eigenzinnig. Zij volgde als een van de eerste vrouwen in Rotterdam een HBS-opleiding. Op 16 december 1921 beviel zij van Louis junior.
.
Siki met Trijntje (ca. 1921)
WERELDKAMPIOEN
M’Barick Fall werd wereldkampioen in het halfzwaargewicht boksen door op 24 september 1922 de regerende Europese- en wereldkampioen Georges Carpentier ‘de afgod van het sportlievende Frankrijk’ in Parijs te verslaan. De snelle M´Barick Fall weigerde zijn wedstrijd te verkopen. Dat zette bij velen kwaad bloed. De harde en de voor die tijd sensationele bokswedstrijd is nog in zijn geheel op YouTube te zien. Het chauvinistische Franse publiek gaat in de loop van de partij als één man achter de beweeglijke Battling Siki staan.
Wedstrijd Siki tegen Carpentier
HELD
Bij zijn terugkeer in Rotterdam wordt hij als een held onthaald. Onder een massale belangstelling voert een rijtoer hem naar de Thalia bioscoop aan de Hoogstraat voor een feestelijke bijeenkomst en een vorstelijk diner met de Rotterdamse notabelen. De volgstoet bestaat uit tien auto’s met vrienden en sportofficials. Twee gehelmde agenten te paard escorteren het met bloemen en groenslingers versierde rijtuig. Overal staan duizenden mensen langs de kant van de weg. Battling Siki heeft het gevoel dat het Rotterdamse publiek spontaner is dan in Frankrijk, dat men meer open staat voor iets dat ze nauwelijks kennen. Zij noemen hem niet de ‘fighting chimpanzee’. Ze juichen voor hem, voor Battling Siki de bokser, en voor Frankrijk. Rotterdamse schoolkinderen zingen liedjes over hem.
Rijtoer Siki met zoon Louis Fall en Trijntje Appelterre, (Panorama 11 oktober 1922)
VERMOORD
Siki bokste gedurende zijn carrière zesenveertig partijen. Hij won er totaal drieënveertig, waarvan eenentwintig op knock-out. Twee partijen eindigden onbeslist. Op 17 maart 1923 op Sint Patricksday, de Ierse nationale feestdag, ‘verloor’ hij zijn titel in Dublin op dubieuze wijze aan de Ier Mike McTigue. Siki vertrekt zonder Lijntje op 23 augustus 1923 naar de Verenigde Staten in de hoop de regerend wereldkampioen Jack Dempsey te verslaan en zijn titel terug te veroveren. Het mocht niet zo zijn. Op 15 december 1925 wordt hij in New York vermoord, omdat hij weigert zijn bokspartijen te verkopen aan de maffia. Volgens Bep van Klaveren hield de voormalige wereldkampioen zich bezig met de drugshandel. De vermaarde stride-pianist Willy ‘The Lion’ Smith, een kennis van Siki, suggereerde dat de bokser neergeschoten werd door een Ier, omdat die zich bedreigd voelde door de jonge leeuw waarmee Fall gewoonlijk in New York over straat ging. Wie Battling Siki werkelijk om het leven hielp, zal altijd in het ongewisse blijven. Zijn laatste rustplaats lag opmerkelijk genoeg dertig meter naast het graf van Louis Armstrong op de Flushing Cemetery in New York City waar ook Dizzy Gillespie en Johnny Hodges begraven zijn. In 1993 werd zijn lichaam naar Senegal gerepatrieerd.
Max Weller’s Noisemongers (zonder Louis Fall)
TROMPET EN VIOOL
Louis Fall jr. speelde trompet en viool in Max Weller’s Noise Mongers en Jack Wilson’s New Dance and Swing Band (met Annie van ’t Zelfde). In het legendarische Negropalace Mephisto maakte hij in augustus 1937 deel uit van de begeleidingsband van Coleman Hawkins. Hij begint in 1938 een eigen orkest en hij treedt op als zigeunerviolist in o.a. de Wintergarden. In Casanova en Lybelle speelt hij als de neger hot-violist ‘Louis Fall Siki’ bij de band van Kid Dynamite (1939). Lijntje en Louis jr. verhuizen na het bombardement van 14 mei 1940 naar IJsselmonde. Een paar maanden later wordt Louis jr. door de Duitsers opgepakt en opgesloten in het interneringskamp Schoorl. Hier speelt hij in het kamporkest. In januari 1944 ontsnapt hij naar Parijs, waar hij zich aansluit bij de 21ste compagnie van de Vrije Fransen. Hij krijgt problemen met zijn commandant en hij wordt in december 1945 veroordeeld tot vijf jaar gevangenisstraf. Na het uitzitten van zijn straf keert hij terug naar Nederland, maar hij wordt enige tijd later door de vreemdelingenpolitie in Amsterdam het land uitgezet. In Frankrijk speelt hij in 1954 nog een rolletje als violist in de film La Rafle est pour ce soir. Daarna zwerft hij als reizend musicus door Europa. Zijn laatst bekende adres was de gevangenis in de Rue de la République, Nanterre.
BRONNEN
Albert Stol ‘Battling Siki, het levensverhaal van M’Barick Fall’ (1991).
Doctor Jazz Magazine 144
Gezinskaarten Stadsarchief Rotterdam
Jazz in Rotterdam, de geschiedenis van een grote stadscultuur (2015) door Hans Zirkzee
NRC 3 mei 1920 en 22 september 1922
Hans Zirkzee
Hans Zirkzee
‘mister’ jazz in Rotterdam,
muziekdocent,
saxofonist,
concertorganisator,
schrijver, jazz-historicus,
auteur van Jazz in Rotterdam
(de geschiedenis van een grotestadscultuur),
winnaar Dutilh-Prijs 2016
OVER R†JAM
Stichting Rotterdam Jazz Artists Memorial