Topavond

Een topavond

 Een jaar of wat geleden stond ik in een foyer van een schouwburg. Wachtend op een fatsoenlijk kopje koffie voor de voorstelling omdat de koffie in de artiestenfoyer niet echt binnen te houden was. Ik speelde in de kleine zaal van die schouwburg met een Miles Davis Tribute programma. In de grote zaal van die schouwburg speelde een Bob Marley Tribute. Terwijl ik op mijn koffie zat te wachten ving ik een gesprek op van twee bezoekers: Waar ga jij naar toe. Ik ga naar Miles Davis. Oh wat leuk, ik ga naar Bob Marley zei die ander.

Het publiek, bedacht ik me, gaat dus naar een surrogaatoptreden van de desbetreffende dode artiest en ervaart het als een optreden van die artiest. Gek neveneffect.

Tja, we worden doodgegooid met allerlei tribute programma’s. Het is natuurlijk hartstikke begrijpelijk. Je moet wat als je nog een beetje wil optreden. De grootste speelmogelijkheid biedt het theatercircuit maar het overgrote deel van het theatercircuit valt buiten de randstad dus met progressieve programma’s hoef je daar niet aan te komen. Alle bedachte grote sturende cultuurambities van onze beleidsmakers ten spijt maar kort door de bocht hebt je maar twee keuzes. Je zet je blik op oneindig, past je inhoudelijk aan die grote ambities aan en je probeert te scoren bij de subsidiënt. Je komt dan weliswaar in een tombola terecht waarbij de kans klein is dat je wat geld krijgt. Maar goed. Stel, je valt een keer in de prijzen. Onmiddellijk volgt het probleem dat je met een moeilijk verkoopbaar product zit waar, als je het al kan verkopen in de provincie, geen publiek op afkomt. Als je het wel kan verkopen zit je met een lege zaal maar gelukkig wel met een volle portemonnee. Dat scheelt. Of je schikt je naar de afname mogelijkheid en de artistieke radeloosheid van de gemiddelde programmeur en verzint een leuk toegankelijk programma. Dan is een tribute programma gauw verzonnen. Je kijkt naar het aanbod van de afgelopen tijd en je probeert een dode artiest te vinden die de concurrent over het hoofd heeft gezien. Liefst geen instrumentale jazzgrootheden want daar zitten we niet op te wachten. Gelukkig hebben we een tijdje geleden besloten dat soul, pop, R&B of iets in die richting ook jazz is dus dat is een diepe zucht.

Nu zag ik laatst de line up van een jazzfestival.  Aretha Franklin, James Brown, Marvin Gaye, Stevie Wonder, Amy Winehouse, Ray Charles, Frank Sinatra en The Beatles staan op het programma.  Afgezonderd van het feit dat het merendeel dus pop grootheden zijn en niets met jazz te doen heeft is het een imposante line up. Als publiek ervaar je het optreden waarschijnlijk als een echt optreden van die desbetreffende artiest en ben je al lang vergeten dat je naar een coverband zit te luisteren. Ze spelen tenslotte ook die stukjes en het klinkt precies zoals de cd. Als het een beetje meezit krijg je ook nog een mooie video collage gepresenteerd met een leuk lulverhaal erbij. Een top avond gegarandeerd!

 

Ben van den Dungen